2017  Nie te Geleuve

In het jaar 2017 hebben de Bewaorsmiense opnieuw een musicalproductie gepresenteerd onder de titel met de dubbele bodem: 'Nie te Geleuve'. Met dank aan Antoon Hol zijn er in de voorgaande jaren zes prachtige producties neergezet. Antoon Hol had aangegeven zijn eigen weg te vervolgen. Gelukkig werd er een nieuwe schrijver gevonden in de persoon van Bas van der Hoeven - oud streekredacteur van de Gelderlander. Bea Caniels regisseerde de nieuwe musical.

Het stuk speelt zich af in 2017. Een dorpskerk in Maas en Waal wordt verkocht en krijgt een discutabele herbestemming. De herbestemming leidt tot een spraakverwarring, tegengestelde belangen en verrassende ontboezemingen. De pastoor en de kapelaan maken een persoonlijke crisis door. Uiteindelijk komt de dorpsbevolking in opstand. 

Alle scènes spelen zich af in de pastorie. Gebeurtenissen in de parenclub worden daar gepland en nabesproken. De ontluikende liefde tussen Maria en kapelaan Rob loopt als een romantische rode draad door het hoofdthema: de herbestemming van kerk naar parenclub. De door het bisdom gesloten dorpskerk wordt namens de kerkbestuurders de gebroeders Bekkers via makelaarsechtpaar Bakelsma verkocht aan ondernemer Harrie Hardemunt. Die begint er met ‘horizontale dienstverlening’. In het dorp dachten de mensen aanvankelijk dat het om een paardenclub ging. J punt en P punt Bekkers hopen rijk te worden met de verkoop van meer kerken in fusieparochie De Barmhartige Samaritaan. Dat lukt. De zaken gaan zo goed dat de bisschop, die op aanraden van de gebroeders Bekkers, aandelen had gekocht, goedkeurt dat ook andere kerken aan Hardemunt verpatst worden. Dat lijkt te lukken. Het Land van Maas en Waal wordt beroemd en berucht. De pastoor vond het allemaal prima. Hij slaapt veel, drinkt een neut en zit meestal bij herenboer Nevengeul. De pastoor aast op de erfenis van de doofstomme, vaak in een rolstoel zittende, boer. Helaas was Nevengeul zijn geld en grond al kwijtgeraakt aan een bij hem inwonende Duitse freule.  Uiteindelijk gaan de zaken voor de gebroeders Bekkers zo goed dat de bisschop op werkbezoek komt. Alle betrokkenen moeten de rijen sluiten om de parenclub te presenteren als een nette horecazaak. Dat lukt natuurlijk niet. Hoewel?  Er wordt  veel duidelijk over Jos Nevengeul en zijn freule.  Veel min of meer kleurrijke figuren uit het dorp bemoeien zich met de ontwikkelingen. Dat aan het einde, na een goddeloze openingsnacht van parenclub The Fling, iedereen komt biechten is geen wonder. Was het uiteindelijk God zelf die het laatste woord had? Of de pastoor die misschien wel veel slimmer is dan iedereen dacht? We zullen het nooit weten, maar gelukkig was het op alle fronten de liefde die overwon.

Film  van Jos van Kruisbergen

Jos Kruisbergen van Tweestromenland in Beeld en Geluid drong in 2017 door tot de kleedkamers en legde vast hoe De Bewaorsmiense het script van 'Nie te Geleuve tot leven brachten.

LINK NAAR DE SITE VAN TWEESTROMENLAND IN BEELD EN GELUID

Woord van de auteur

De Bewaorsmiense vroegen mij in 2015 of ik hun nieuwe streekmusical wilde schrijven. Ik heb zoiets nooit eerder gedaan, maar was meteen enthousiast. Als pensionado heb ik immers tijd genoeg. Ik wilde het dus graag proberen en na enkele weken had ik een concept met als werktitel: ‘De Goddelijke Pèrdeclub’. De werkgroep Cultuur van de Bewaorsmiense was tevreden over een eerste opzet - er moesten wel meer vrouwen in - en we besloten met elkaar in zee te gaan. In juni moet het toneelstuk klaar zijn. Ik heb niet gekozen voor een historisch verhaal, maar voor nu spelende vraagstukken. Het heden is immers morgen verleden en heeft vanaf dat moment recht op bescherming van de Bewaorsmiense.
Ik combineer twee zaken die ik als journalist op de voet heb gevolgd: de sluiting van een groot aantal katholieke kerkgebouwen in het Land van Maas en Waal en de poging om een parenclub in een voormalige discotheek in Altforst te openen. Voeg die twee gebeurtenissen creatief samen en heel Maas en Waal staat op z’n kop. Veel van de hoofdpersonen zijn geïnspireerd op mensen van vlees en bloed. Een zakenman die oude auto’s en jonge vrouwen verzameld, een pastoor die gek is op geld en bij zichzelf gaat biechten, een breedsprakige wethouder, een opgewonden journaliste, klinkt dat bekend of niet? Natuurljk zijn gelijkenissen met bestaande persoenen geenszins toeval, maar de meeste types bestaan uit eigenschappen van verschillende personen. Zo heb ik als een Victor Frankenstein mijn personages samengesteld. Regisseur Bea Caniels mag ze straks op het podium tot leven wekken.
Helaas beheers ik het Maas en Waalse dialect onvoldoende om het stuk in correct ABM&W te schrijven. Volgens de Bewaorsmiense geen probleem. ‘Schrijf maar in ABN’, lieten ze weten. ‘Een acteur uit Wamel heeft toch een andere uitspraak dan iemand uit Deest.’ Bij de liedjes ligt het wat moeilijker, de teksten moeten hier en daar rijmen en voor de ritmiek moet het aantal letergrepen ook in dialect kloppen. Ik ben nu op zoek naar het woordenboek van Johan van Os.  Verder kan ik nog weinig concreets zeggen. Het toneelstuk schrijft zichzelf en verandert  nog steeds. Soms komt iemand de pastorie binnen en heeft vijf zinnen later een hoofdrol. Soms verdwijnt iemand geruisloos door de achterdeur.
Een paar dingen zijn inmiddels wel zeker: de biechtstoel is terug van weggeweest, parenclub The Fling krijgt landelijke bekendheid, evenals erotische zwemkathedraal De Gouden Hammen. Na staatsbezoeken van de bisschop en de paus komt zelfs hun Grote Baas zich er mee bemoeien.

Maas en Waal zal nooit meer hetzelfde zijn. Dat is vooral te danken aan de kerkbestuurders J punt en P punt Bekkers. Zonen van de legendarische oppercollectant Hentje Bekkers, bijgenaamd De Kerkrat. De eeneiige tweeling heeft de absolute macht in parochie De Barmhartige Samaritaan. Wat een Duitse freule, een stokoude hereboer, een vreemdgaande vastgoedmakelaar, een onechte dochter en een verliefde kapelaan precies voor een rol spelen, kan ik nu nog niet zeggen.

 

Bas van der Hoeven is op 12 juni 1951 geboren in Millingen aan de Rijn. Hij begon zijn werkzame leven als monteur op scheepswerf Bodewes en stopte in 2015 als journalist van De Gelderlander. Voor dat dagblad schreef hij bijna twintig jaar. De helft van die periode was hij streekjournalist in het Land van Maas en Waal. In die tijd schreef hij ook columns in de krant. 120 daarvan zijn gebundeld in twee boekjes: ‘Eerste Streken’ en ‘Droompijn’.

Woord van de regisseur

Toneel is altijd mijn passie geweest. Nadat ik in 1983 de opleiding tot Docent Drama aan de toneelschool in Arnhem had afgerond ben ik eerst een aantal jaren werkzaam geweest als acteur. Begonnen bij Studio Hinderik in Amsterdam, beeldend theater waarbij de spelers meer objecten dan echt acteurs waren, en later als speler bij het Meespeeltheater in Nijmegen waar we voorstellingen voor leerlingen uit het middelbaar onderwijs maakte. Daarbij werd veel  geïmproviseerd en mochten leerlingen actief deelnemen aan het spel. Een goede basis voor mijn latere professie als regisseur binnen amateurtoneel. Het is goed om te weten wat een speler ervaart wil je, als regisseur, iets kunnen overbrengen op een speler en altijd handig als je weet hoe het werkt met improvisatie. Want ook daar zijn vaste wetten, wil je een improvisatie de moeite van het kijken waard laten vinden.

Vanaf 1992 ben ik als regisseur aan de slag gegaan en heb ik, binnen verschillende verenigingen, allerlei soorten stukken mogen regisseren, van klucht tot oorlogsdrama, van familievoorstelling tot openlucht spektakel, van Heijermans tot Roald Dahl en altijd met heel veel plezier. Ik vind het hoofdzaak dat er een goed eindresultaat op de planken staat, maar ook het proces naar die voorstelling toe is belangrijk en ik hoop dan ook dat spelers met plezier naar de repetities komen. De samenwerking met de werkgroepen: licht, geluid, techniek, kleding, grime, PR etc. vormen voor mij altijd een belangrijke schakel naar een succesvolle productie.

Ik heb veel zin om aan de slag te gaan bij de Bewaorsmiense, voor mij weer een nieuwe uitdaging aangezien het stuk is het Maas en Waals dialect gespeeld wordt en deze taal  zelf niet beheers, (maar wel versta gelukkig). Een grote productie, met veel disciplines, spel, zang en wellicht ook dans? Alles kan ontstaan in het repetitieproces wat mij betreft. Samen gaan we er iets prachtigs van maken waar het publiek met plezier naar kijkt en met  een glimlach op het gezicht weer huiswaarts keert.  

 

Bea Caniels